stam

Beerdiertjes

tardigrades - waterbears or moss piglets - tardigrada

Beerdiertjes zijn zeer kleine diertjes die verrassend veel dingen kunnen.  We noemen ze ook mosberen of waterberen.  Ze hebben een kort lijfje met 8 stompe pootjes die klauwtjes hebben.  Hun kopje lijkt op een piepklein berenkopje.  Al deze diertjes zijn kleiner dan een stipje op een blad papier.  Ze leven in de grond tussen de dode bladeren en mossen, in het zoete water van poelen, beken en meren.  Je vindt ze ook in de zee.  Ze lusten sap van planten of eten nog kleinere diertjes op. 

De beerdiertjes hebben ook de naam ‘langzaam bewegende’ diertjes te zijn.  Ze zijn één millimeter tot 20 keer kleiner.  Sommige leven in zee tussen zandkorrels en modder, anderen leven in zoet water.  Maar de meeste leven in uitgedroogde modderpoeltjes, op mosplantjes of in dakgoten.  Beerdiertjes kunnen daar overleven omdat ze hun lijfje kunnen laten rusten in een ’tonnetje’.  Ze drogen dan gewoon uit en krimpen tot ze wel tien keer kleiner worden.  Daarna bewegen ze niet meer en liggen daar als een soort ei.  Dat kan wel maanden of jaren duren tot de temperatuur weer in orde is en het terug genoeg nat is.  Dan worden ze precies terug ‘wakker’ en komen helemaal tot leven. 

foto’s : william miller,