familie

Bevers

beavers - castor

De bever is een knaagdier dat graag in het water leeft.  Het is één van de grootste knaagdieren ter wereld.  Hij heeft een brede, platte staart met schubben erop.  De poten zijn vrij kort met aan de achterpoten zwemvliezen.  Hij kan zijn neus en oren afsluiten bij het zwemmen.  Ook kan hij zijn mond afsluiten voor het water terwijl hij in het water aan het knagen is.  Meestal zijn ze rossig bruin gekleurd.  De mannetjes en vrouwtjes zijn gelijk en leven in kleine families altijd in de buurt van water.  Meestal leven er zo’n 5 tot 6 bevers in een groep.  Bij gevaar slaat een bever met zijn staart op het wateroppervlak.

Aan sommige bomen kan je goed zien dat er bevers in de buurt zijn.  In het water bouwen zij hun nest.  Dat noemen we een burcht.  De ingang hiervan is onder water zodat roofdieren hen niet gemakkelijk kunnen vangen. 

Ook leggen ze dammen en kanalen aan zodat ze op sommige plaatsen in hun burcht hoog en laag water hebben.  Zo kan in hun nest een klein meertje ontstaan.  Om te bouwen gebruiken ze stammen, takken, modder en stenen.  In de winter bevriest het water, waardoor ze niet naar boven kunnen om te ademen.  Om dat toch te kunnen doen, maken ze een gat in de dam, zodat het water onder het ijs wegstroomt.  Enkele dagen na hun geboorte leren de jongen al zwemmen en leren ze de ingangen van de burcht kennen.  Het zijn heel goede zwemmers.  Ze kunnen wel tot 15 minuten onder water blijven.

In de zomer eet hij kruiden, bloemen, jonge scheuten van waterplanten, grassen en wortels.  Daarnaast eet hij ook alle delen van bomen en struiken.  De schors van de stam knaagt hij af met zijn scherpe tanden, die steeds maar doorgroeien.  Hij houdt in de winter geen winterslaap, maar legt wel een voedselvoorraad aan.  Ze worden meestal 7 of  8 jaar oud.  De belangrijkste vijanden zijn grote roofdieren, vooral de wolf.   Ook kunnen ze makkelijk verhongeren of verdrinken.  De mens is ook een beetje vijand, want die jaagt op de bever om zijn vel.  Daar worden dan jassen van gemaakt. 

foto’s : groucho m, algirdas, per harald olsen, nova   

2 soorten