soort

De gewone zeester

common starfish or common sea star - asterias rubens

De gewone zeester is een algemene zeesterrensoort die voorkomt langs de kusten van de noordelijke Atlantische Oceaan en de Noordzee.  De diameter verschilt van 10 tot 30 centimeter, maar zeesterren tot meer dan 50 centimeter zijn ook bekend.  De kleur kan ook verschillen, meestal rood tot oranje, soms paars.  De bovenkant bestaat uit een harde huid met vele kleine stekelachtige bultjes.  Aan de onderkant zijn 5 dubbele rijen kleine en zeer fijne buisvoetjes te zien.  De gewone zeester heeft vijf armen.

De voortplanting vindt plaats in het voorjaar en het begin van de zomer. Zeesterren kennen geen echte paring.  Zowel mannetjes als vrouwtjes laten de eicellen en zaadcellen wegzweven met de stroming.  Bevruchting vindt plaats als eitjes en zaadcellen elkaar tegenkomen.

De dieren komen voor in het getijdengebied op stenen en rotsen.  Mosselkwekers hebben vinden de zeesterren maar niks omdat mosselen het favoriete voedsel zijn van de zeesterren.  Het voedsel bestaat uit verschillende zeedieren zoals weekdieren, krabben en aas, maar vooral schelpdieren zoals mosselen worden gegeten.  Deze worden door de zeester opengetrokken, ook al zitten er sterke sluitspieren aan de mossel.  Als de schelp eenmaal open is, duwt de zeester zijn maag naar binnen waarna de prooi levend wordt opgegeten en opgezogen.   Dit alles kan wel uren duren, want zeesterren zijn trage eters.  Jongere zeesterren pakken kleinere prooien als zeepokken.  De monddelen van de zeester zitten aan de onderkant van het dier, wat handig is omdat zeesterren over de bodem kruipen.  

foto’s : william scot, genet, herbythyme