orde

Huidvleugeligen

earwigs - dermaptera

Huidvleugeligen worden ook wel gewoon de oorwormen genoemd.  De naam is wat verwarrend.  Het is helemaal geen worm.  De mensen dachten vroeger dacht het diertje in de oren van mensen kroop om daar eitjes te gaan leggen.  Oorwormen zijn meestal planteneters die ook wel eens kleine insecten als bladluizen eten.  Ze zitten het liefst verstopt onder schors, houtblokken en stenen.  Ze leven vooral in de nacht en verstoppen zich overdag.

Je herkent ze makkelijk aan hun twee tangetjes die zich achteraan bevinden.  Ze gebruiken die om zich te verdedigen.  Die van het mannetje zijn gekromd en groter en langer dan die van het vrouwtje.  Daarmee kunnen ze je bijten, maar echt pijn doet het niet.  Oorwormen worden wel eens vies genoemd omdat ze overal tussen kruipen en opzitten.  Hun vleugels zijn niet te zien, maar ze zijn er wel.  Hij kan er zelfs goed mee vliegen, maar dat gebeurt niet veel.  Ze leggen eitjes waaruit dadelijk kleine oorwormpjes uitkomen en dus geen larven.  Mama bewaakt haar eitjes heel goed.  Ze likt haar eitjes vaak af, zodat ze goed nat blijven en niet uitdrogen.  Bij de insecten zie je dat heel weinig dat er zich een klein gezinnetje vormt.  Er bestaan zelfs meer dan 1000 soorten.

Als de eitjes uitgekomen zijn, verzorgt het wijfje de jongen met gekauwde plantendelen of resten van dieren.  De kleintjes vervellen vaak en als ze groot genoeg zijn, hebben ze mama niet meer nodig.  Die is dan al heel zwak geworden en sterft gauw.  De kleintjes zullen dan hun mama opeten.  Maar het gebeurt ook dat de zwakke mama haar kleintjes begint op te eten.

De tang gebruiken ze ook voor het beetpakken van kleine insecten zoals bladluizen.  Maar ze lusten ook slakken en dode dieren.  Het zijn dus echte opruimers.  Zelfs bloemen, groenten of fruit lusten ze wel.

Voor de mens zijn ze niet schadelijk.  Doordat ze zoveel opruimen, zijn ze zelfs heel goed voor de natuur.  Als je er toch last van hebt, dood ze dan niet met vergif, maar probeer ze te lokken.  Een omgekeerde bloempot, een natte dweil, een platte steen, en je zult er al heel wat kunnen vangen.  Hun grote vijand is de vleermuis.

foto’s : artmechanic, pudding4brains, cranshaw, altenkamp, andrew butko

enkele soorten