soort

De huiskat

cats - felis catus

De huiskat behoort tot de grote familie van de katachtigen.  Je komt ze overal tegen.  Op daken, bij vuilnisbakken en onder auto’s  … overal zie je katten.
Ze hebben een zacht en soepel lichaam en zijn erg snel.  Als hun kop ergens doorheen kan, krijgen ze er hun lichaam meestal ook doorheen.  Ze rennen graag rond en gaan vaak op ontdekkingstocht.  
Mensen zijn hun beste vrienden.  Ze strijken langs hun benen om de aandacht te trekken en vinden het heerlijk als iemand hun kin of de achterkant van hun oren aait.   Als ze zich lekker voelen, beginnen ze te spinnen.  Dit geluid maken ze soms ook als ze bang zijn.  
Katten eten het liefst vis, daarnaast ook vlees en kip.  Wat je ook geeft, het voedsel moet steeds gekookt worden.  Het moet ook heel vers zijn.  Vlees moet in hapklare brokjes worden gesneden.  Vis geef je steeds zonder graten. 

Ze zijn ook erg nieuwsgierig en snuffelen aan alles en nog wat.  Hun ogen volgen bewegende dingen.  Eerst kijken ze goed voor ze iets pakken.  Dan gaan ze ermee spelen, om erachter te komen wat het precies is.  Ook kunnen ze heel goed muizen vangen.  Met hun scherpe ogen, puntige tanden en scherpe klauwen aan hun poten lukt dat best.  Snelle muizen zijn de kat soms ook te slim af.  

Kleine katjes leren van jongs af hoe ze muizen moeten vangen.  Ze rollen balletjes, grijpen naar stukjes touw en springen op en neer.   Ze leren naar voren te stormen, zich op iets storten en iets te vangen.  Jonge katjes leren door veel te spelen.  Als katten boos of bang zijn, zetten ze een hoge rug op.  Hun haar gaat ook overeind staan.  Ze steken hun scherpe nagels uit en grommen zachtjes, alsof ze zeggen : ‘kom niet in mijn buurt !’

Een kat houdt ervan om altijd proper te zijn.  Ze likt haar mond en wast haar gezicht.  Ze maakt ook haar lichaam en haar poten schoon.  Katten wassen zich met hun tong, niet met water. 
Als ze zich gewassen hebben, zijn ze klaar om te gaan slapen.  Ze zoeken een warm plekje, ergens in de zon, op de sofa of in een doos… en even later kun je ze horen ronken.  
Als de kat uitgerust is, strekt ze zich helemaal uit.  Zo voelt ze zich weer helemaal fris en sterk.  Ze klimt in een boom en is weer klaar om op pad te gaan.

foto’s : alvesgaspar, onderwijsgek,ragesoss, olhosde hum gato

rassen