familie

callitrichinae - squirrel monkeys
De klauwaapjes behoren tot de kleinste aapjes ter wereld waaronder de leeuwaapjes, de tamarins, de zijdeaapjes of penseelaapjes en de springtamarins. Wat deze aapjes samenbrengt in één groep is dat ze geregeld tweelingen krijgen. Zoals hun naam het zegt hebben ze geen vingers met nagels, maar kleine klauwtjes. De dwergzijdeaapjes zijn de kleinste en worden ongeveer 18 centimeter groot. De leeuwaapjes zijn de grootste en worden 35 tot 40 centimeter groot.

De dieren komen voor in het regenwoud van Zuid-Amerika, maar ook in droge bossen en savannes. Het zijn dagdieren die in de bomen leven en de onderste lage struiken. In de nacht slapen ze in holle bomen of op dikke takken. Als je ze ziet lopen op de takken, doen ze denken aan eekhoorns. Ze komen voor in groepjes van 5 tot 20 dieren. De leider is een vrouwtje en enkel zij mag paren. De mannetjes helpen mee met het opvoeden van de jongen. De dieren vlooien elkaar en spelen veel. Met allerlei geluiden praten ze met elkaar. Ze zetten ook op verschillende plaatsen geurtjes om te tonen dat zij daar baas zijn.


De aapjes leven van vruchten, bloemen, nectar, sappen, maar ook insecten, hagedissen, slakken, kikkers en spinnen. De mens is een grote vijand omdat die vele bossen kapt en ervoor zorgt dat de klauwaapjes nog weinig plaats hebben om te overleven.


foto’s : luc viatour, mila zinkova, Whaldener Endo,