soort

Het kuifhert

elaphodus cephalophus - tufted deer

Het kuifhert is een hoefdier uit de familie van de hertachtigen.  Ze komen voor in het zuidoosten van Azië en worden ongeveer 110 tot 160 centimeter lang en tot 70 centimeter hoog.  De dieren leven van gras, fruit, twijgen en bladeren en worden ongeveer 15 jaar oud.  De 1 tot 2 jongen worden door de moeder 6 maanden gedragen. 

Mannetjes hebben ook langwerpige bovenste hoektanden die uit de mond steken.  De dieren komen voor van Zuid-China tot Tibet en het noorden van Myanmar.  Hun leefgebied zijn bergbossen op grote hoogtes tot 4500 meter.  Het kuifhert blijft nooit ver weg van water.

De ruwe vacht is donkerbruin of donkergrijs van kleur.  De lippen, de punten van de oren en de onderkant van de staart zijn helderwit.  Er zit een zwartbruine haarlok op de kop, die tot 17 centimeter hoog is.  Dit plukje haar loopt van de ogen naar de achterkant van de kop.  Het gewei, dat alleen de mannetjes dragen, bestaat uit twee staven die vijf centimeter groot zijn en vaak volledig verborgen zitten in de bos haar.

Het blaffend geluid wordt gebruikt om met elkaar te communiceren.  Bij het vluchten wordt de staart zo opgericht dat er een wit signaal verschijnt.  Door het luid geblaf waarschuwt hij zijn partner en het jong voor gevaar.  Het voedsel bestaat uit grassen en andere planten.  De jongeren hebben rijen witte vlekken langs de rug, maar hebben verder dezelfde kleur als de volwassenen.  Tot hun vijanden horen luipaarden, tijgers en beren.  Ook jakhalzen kunnen ook jonge dieren opzoeken. Het aantal dieren in het wild wordt in China geschat op 500.000 dieren.

foto’s : heush, spangenberg