soort

De nijlgans

egyptian goose - alopochen aegyptiaca

De nijlgans is een soort gans die ook wel de vosgans wordt genoemd.  Het is geen echte gans, maar een halfgans.  De naam is dan ook een beetje verwarrend.  De oude Egyptenaren zagen in de nijlgans een heilig dier en tekenden of schilderden hem vaak op beelden of muren.  Ze worden 63 tot 73 centimeter groot en mannetjes en vrouwtjes zien er hetzelfde uit. 

De ganzen leven vooral op het land, maar kunnen wel goed zwemmen.  Het zijn vrij brute ganzen die vaak agressief hun kroost of nest zullen verdedigen.  Ze deinzen er niet voor terug om het nest van andere ganzen, kraaien, eenden en zelfs roofvogels in te pikken.  Zelfs de jongen van andere ganzen of eenden zijn niet veilig en worden wel eens verdronken. 

Ze voeden zich met zaden, bladeren, grassen en stengels.  Soms staan ook wormen, sprinkhanen en andere kleine diertjes op het menu.  Broeden doen ze in holen in de stam van grote bomen.  Het nest wordt gemaakt van riet, bladeren en gras.  De eieren worden om de beurt bebroed. 

Deze ganzen komen voor in Afrika niet alleen langs de Nijl, maar ook op andere plaatsen in Afrika.  Daar vind je ze langs rivieren, meren en moerassen.  In woestijnen of dichte bossen zul je ze niet vinden.  In onze streken kan je ook nijlganzen vinden.  Maar dat zijn ooit ontsnapte ganzen die stilaan zijn aangepast aan onze natuur en ons klimaat. 

foto’s : creative commons, andreas trepte, haegen graebner