familie

Olifanten en mammoeten

elephantidae

Olifanten en mammoeten vormen een familie binnen de slurfdieren.  De grootste landzoogdieren behoren tot deze familie, maar er zijn wel al vele soorten uitgestorven.  Het zijn de enige dieren die voorzien zijn van een slurf dat als grijporgaan wordt gebruikt.  Mannetjes worden buls genoemd, vrouwtjes zijn koeien en jongen zijn kalfjes.  De dieren leven in groepen waar een matriarch aan het hoofd staat; dat is het oudste vrouwtje.  Volwassen mannetjes leven vaak alleen en komen enkel bij de groep om te paren.  Ze zijn dan ook vaak onbetrouwbaar en woest.  In de buurt van mensen en dorpen kunnen ze dan ook wel eens slachtoffers maken.  Mannetjes kunnen 3 tot 4 meter hoog worden met gewichten van 3 tot 5 ton. 

Veel vijanden buiten de mens hebben olifanten niet.  Enkel leeuwen durven verzwakte dieren of jongen aanvallen bij een drinkpoel in de nacht.  Overdag gaan de leeuwen de olifanten liever uit de weg. 

De slurf is het belangrijkste lichaamsdeel van de olifanten.  Het is een lange neus die vastzit aan de bovenlip met aan het uiteinde de neusgaten.   Ze gebruiken hem ook om te drinken of zichzelf te besproeien als een douche.  Trompetteren en vechten wordt er ook mee gedaan.  De slurf zit vol bloedvaatjes en telt meer dan 40000 spiertjes. 

Afrikaanse olifanten zijn bladeters, maar de mammoeten hadden sterkere kiezen om de taaie, harde grassen die op de droge steppen groeiden te kunnen vermalen.  Ze ontwikkelden daarnaast een dikke harige vacht en kleinere oren tegen de kou.

3 geslachten