soort

De steenbokantilope

steenbok - raphicerus campestris- steinbuck or steinbok

De steenbokantilope of steenbokkie is een kleine antilope die voorkomt op de savannen van zuidelijk- en oostelijk Afrika.  Het zijn dwergantilopen met grote oren en lange poten.  Enkel het mannetje heeft hoorns.  Deze hoorns zijn twee rechte punten die 9 tot 19 centimeter lang zijn.  Hij lijkt veel op een oribi of een gewone duiker, waarmee hij makkelijk verward kan worden.  De staart is echter veel kleiner en de oren veel groter dan bij de andere dieren.  Ook is hij slanker dan een gewone duiker, maar minder slank dan een oribi. 

Hij heeft een bruine tot rossige vacht.  De buik en het binnenste van de oren zijn wit.  Op de snuit zit een driehoekige zwarte vlek, die begint bij de zwarte neus.  Jonge dieren hebben een meer pluizige vacht dan volwassen dieren.  Ze bereiken een lengte van 70 tot 95 centimeter en een hoogte van 45 tot 60 centimeter.  De steenbokantilope leeft zowel in droge savannes als open bosgebieden. 

Het dier leeft zowel overdag als ’s nachts.  Op het heetst van de dag zoekt het de verkoeling op een vaste schuilplaats in de schaduw.  Soms kruipen ze in een verlaten hol van een aardvarken om verkoeling te zoeken.  Hij leeft van scheuten, twijgen, bladeren en vruchten van bomen en struiken, van gras en van plantenwortels en knollen, die hij opgraaft met de scherpe hoeven.  Hij kan zijn hele leven zonder water, omdat al het vocht uit zijn voedsel haalt. 

Bij gevaar drukt de steenbokantilope zich tegen de grond, waarbij hij stil blijft liggen met de oren samengevouwen.  Als de vijand toch te dichtbij komt, vlucht hij snel weg.  De dieren leven in paartjes.

foto’s : stolz garym, macronix