soort

De beira

dorcatragus megalotis - beira antelope

De beira is een hoefdier uit de familie van de echte antilopen.  Ze worden ook beiradwergantilope genoemd en komen voor in Somalië en Ethiopië.  Het zijn kleine dieren, maar zijn toch groter dan de gewone dwergantilope en hebben lange slanke poten.  Ook de nek is opvallend lang met grote oren op de kop.  Alleen de mannetjes dragen hoorns die recht omhoog staan en licht naar voren buigen.  De achterpoten zijn veel langer dan de voorpoten.  Hun staartje is lang en wit. 

De vacht is ruw en dik met een grijze gespikkelde rug en nek.  De ogen zijn mooi zwart omlijnd met een oogvlek erboven.  De dieren worden ongeveer 80 centimeter lang tot 70 centimeter hoog.  Vrouwtjes zijn groter dan de mannetjes.  De dieren leven in droge en rotsachtige heuvels en bergen.  Het zijn plaatsen die moeilijk te begaan zijn voor roofdieren zodat de beira’s gauw kunnen weg lopen.  Hun hoeven hebben aparte kussentjes waarmee ze stevig tussen de rotsen kunnen lopen.  Hun grote oren komen goed van pas als ze een vijand horen aankomen.  Het zachtste geluid kunnen ze horen. 

De dieren leven van vetplanten en groene blaadjes van de struiken, maar ook gras en kruiden die tussen de rotsen groeien.  Veel drinken hoeven ze niet want het meeste nat halen ze uit de planten.  Het zijn vooral dagdieren die in de ochtend of avond eten. 

Je vindt de beira’s in paartjes of kleine groepjes tot 7 dieren met steeds maar één mannetje.  Ze blijven steeds op een vaste helling of heuvel.  Het gebeurt wel dat twee groepen samen een heuvel delen.  Dan moeten de twee mannetjes proberen overeen te komen.  Na het paren krijgen ze één jong dat zes maanden wordt gedragen in de buik.

Het gaat minder goed met deze soort antilope omdat hun plaats om te overleven steeds kleiner wordt en geiten hun plaats afnemen.  Maar ook de lange droogte doet vele dieren weinig goeds.

foto’s : jonas