soort

De dwergfluithaas

steppe pika - ochotona pusilla

De dwergfluithaas is een klein zoogdier uit de familie van de fluithazen.  De dieren komen voor op de steppen in het zuiden van Rusland en Kazachstan.  Hun snijtanden zijn beitelvormig en in de bovenkaak zelfs een tweede rij tanden.  Hoektanden hebben ze niet.  Alle tanden groeien hun leven lang door en verslijten door te eten en te knagen.  Ze kunnen hun kaken vlot naar alle kanten draaien, anders dan bij andere zoogdieren.  Ze kunnen ook prima ruiken, horen en zien.  De dieren vallen op door hun hoge roep als ze alarm slaan.  Vandaar hebben ze hun naam van fluithaas gekregen. 

De fluithazen worden 14 tot 18 centimeter groot en hebben een korte staart en ronde oortjes.  Drie tot 5 keer kunnen ze jongen krijgen per jaar.  Soms hebben ze nesten van 13 kleintjes.  Ze leven in hoge grassen en struiken waar ze voortdurend bescherming zoeken tegen vossen, bunzingen, hermelijnen en andere roofdieren.  Zelf leven ze van planten waar ze de sappige en zachte delen van opeten.  Tijdens de winter houden ze geen winterslaap, maar verzamelen wel gedroogd gras om de winter door te komen.  Dat brengen ze dan naar de kamertjes in hun hol onder de grond. 

foto’s : unknown