familie

Vingerdieren

daubentonia madagascariensis

Vingerdieren of aye-aye’s zijn een familie halfapen.  Het is de enige nog levende soort uit de familie vingerdieren.  De vacht van het vingerdier is donkerbruin tot zwart, met blekere plekken op zijn snuit en hals.  Hij heeft een lange, dikke pluimstaart van ongeveer een halve meter lang.  De ogen zijn oranje gekleurd.  Net als bij knaagdieren blijven de snijtanden van een vingerdier verder groeien.  Dat komt heel weinig voor.  Aan de poten heeft hij lange en smalle vingers met scherpe klauwen.  Alleen de grote teen mist een klauw.  De middelvingers van dit diertje zijn zeer merkwaardig.  Deze zijn veel langer dan de andere vingers.  De lange, dunne, knobbelige vinger gebruikt hij als een soort echo.  Ze tikken met de vinger op de schors van een boom en horen of daarachter een insectenlarve zit.  Hij kan daarmee zelfs larven vinden die tot 2 cm diep onder de schors zitten.  De vinger wordt daarna gebruikt om de larven uit de boomschors te peuteren.

Het vingerdier leeft op Madagaskar en is een nachtdier.  In de nacht  zoekt hij naar eten en overdag slaapt hij in zelfgemaakte nesten.  Ze eten graag larven van insecten, maar ook fruit.   De lange vinger kan bijvoorbeeld ook gebruikt worden om het vruchtvlees van een kokosnoot uit te peuteren.  Af en toe plundert het dier een nest en eet eieren.

Vingerdieren leven alleen of in paren.  Per keer bevalt het vrouwtje van één jong.   De dieren leven vrij lang voor zo een klein zoogdier.   Door het kappen van de bossen is hij een zeer bedreigde diersoort geworden.  Als het kappen doorgaat, zal het niet lang duren voordat ze uitgestorven zullen zijn.   Er wordt veel jacht op ze gemaakt.   In dierentuinen zijn ze haast niet te vinden.  Natuurlijk dankt hij zijn naam aan de hele lange vingers.  De naam aye-aye komt van de mensen op het eiland zelf.   Hij leeft in de bossen, de woestijnen met doornstruiken, de regenwouden en op de akkers.  

foto’s : creative commons, tom junek, mirko junge