soort

De prairiepad

great plains toad - anaxyrus cognatus

De prairiepad is een soort kikker uit de familie van de padden.  Ze worden ook de great plains pad genoemd en worden 11 centimeter groot.  Mannetjes blijven kleiner dan de vrouwtjes.  Ze hebben een lichtbruine kleur met donkere eivormige vlekken op de rug.  Op het midden van de rug zit een lichte groef.  Het lichaam zelf is gedrongen met een stompe kop en kleine ogen. 

De padden voeden zich met insecten en wormen die in de schemering worden gevangen.  Bij te koud of droog weer blijven ze verstopt onder mos of bladeren.  Na het paren leggen ze tot 20 duizend eitjes zodat na een tijd de poel krioelt van de kikkervisjes.  Zij voeden zich met algen en rottende planten.  Na een week kan de poel volledig kaal gevreten zijn. 

De dieren komen voor in Noord-Amerika en Mexico en leven daar op de prairies zoals de Amerikanen het zelf noemen.  Die prairie wordt ook Great Plains genoemd, vandaar de andere naam.  Het is een streek van graslanden, woestijnen en heidevelden. 

foto’s : michael ray, dan fogal