soort

De Kaapse pelsrob

arctocephalus pusillus pusillus - brown fur seal - brown fur seal

De Kaapse pelsrob is een oorrob uit de onderfamilie van de zeeberen.  Ze worden ook nog Zuid-Afrikaanse pelsrob of Zuid-Afrikaanse zeebeer genoemd.  Ze komen voor langs de Atlantische kust van Zuid-Afrika en Namibië.  Er bestaan twee ondersoorten : de Zuidelijke Afrikaanse pelsrob en de West-Australische pelsrob.

Hun vacht is donkerbruin en de oorschelpen zijn opvallend.  De lengte van hun lichaam bedraagt 180 tot 230 centimeter en het gewicht 200 tot 360 kilogram.  Langs de Atlantische kust zijn er zo’n 20 koloniën van Kaapse pelsrobben.  Ook in de haven van Kaapstad zwemmen pelsrobben.  Een enorme kolonie Kaapse pelsrobben bevindt zich in Namibië bij Kaap Kruis.  Hier leven zo’n 80.000 dieren samen, maar laat in het voorjaar wanneer de jongen worden geboren, kan de groep groeien tot meer dan 200.000 dieren.  De West-Australische pelsrobben leven enkel rond Tasmanië en Zuidoost-Australië. 

In het vroege voorjaar komen de stieren aan land en verzamelen ze de wijfjes rond zich.  Tussen de mannetjes vinden felle gevechten om de wijfjes plaats.  In oktober wordt er gepaard en in november en december worden de jongen geboren. 

Veel jonge robben komen vroeg om het leven.  Ze worden doodgedrukt in de dichte groep, raken hun moeder kwijt, of worden gedood door roofdieren zoals hyena’s en jakhalzen.   West-Australische pelsrobben hebben enkel iets te vrezen van Tasmaanse duivels.  Vroeger moesten ze ook oppassen voor de uitgestorven Tasmaanse tijger.  

Zuid-Afrikaanse pelsrobben leven van vis en inktvis.  De koude golfstroom langs de Atlantische kust van Zuid-Afrika en Namibië is rijk aan voedsel voor de robben.  Bij West-Australische pelsrobben is er instroom langs de kustwateren van Zuid-Australië. 

foto’s : thomas mattern, brian gratwicke, avenue, karora