soort

De langwerpige barnsteenslak

succinella oblonga

De langwerpige barnsteenslak is een slak uit de familie van de barnsteenslakken.  De schelp heeft een dikke wand en is 8,5 millimeter hoog  tot 4,5 millimeter breed.  De laatste winding is zwaar opgeblazen.  De schaal is ondoorzichtig met een mat oppervlak.  Het oppervlak heeft grove groeistrepen.  De schelp is amberkleurig aan de kust, maar bleek geelgrijs tot groenachtig wit in het binnenland.  Vaak is het oppervlak van het slakkenhuisje bedekt met een laag vuil of uitwerpselen om zich te camoufleren.  Het zachte lichaam is meestal donkergrijs van kleur.

Hij lijkt op de rode barnsteenslak, maar de schelp bij deze soort is meestal hoger.  De mond is bijna rond en de groeilijnen zijn ruwer.  Deze slak leeft in vochtige, vaak overstroomde gebieden van de rivieren, meren en moerassen.   Je vindt ze ook op vochtige weiden, op richels en bosranden, onder struiken, aan de voet van muren en onder rotsen.  Hij eet ook jonge bladeren van kruidachtige planten, bloembladen en rottende planten. 

De langwerpige barnsteenslak komt bijna in heel Europa en Noordwest-Azië voor.  Hij komt bijna niet voor op de Britse Eilanden en Zuid-Europa.